Onderhandelen is een vak dat niet iedereen verstaat. Eén misstap kan flinke financiële gevolgen hebben.
Dat gebeurde ook in de volgende zaak. De werkgever wilde een mediationtraject met de werknemer starten. Maar nog voordat überhaupt een mediator was uitgekozen, kreeg de werknemer al de boodschap dat haar werkgever de arbeidsovereenkomst wilde beëindigen. Met een beëindigingsovereenkomst in de hand ging ze naar huis.
Ernstige impact op werkplezier
De werknemer wilde in eerste instantie maar één ding: “Ik wil mijn baan behouden.”
Ze had een behoorlijke dosis doorzettingsvermogen. Maar haar toekomst bij dit bedrijf zou er vermoedelijk niet bepaald rooskleurig uitzien.
De werknemer had naast doorzettingsvermogen ook een gunstige positie op de arbeidsmarkt. Het leek dan ook verstandiger om te onderhandelen en een betere deal te bedingen. Ze wilde dat wel proberen.
Tegenvoorstel
De werknemer deed een tegenvoorstel dat in alle opzichten vér boven het voorstel van de werkgever lag. De werkgever vond dit voorstel ‘buiten alle proporties’ en deed een armzalig voorstel terug. Als de werknemer dit voorstel niet zou aanvaarden, moest de werknemer weer aan het werk en zou alsnog een mediationtraject worden gestart.
Vol goede moed weer aan het werk
De meeste werknemers die in zo’n situatie belanden, willen daarna niet meer terug. Daardoor zijn ze soms bang om over de voorwaarden van de beëindiging te onderhandelen.
Maar deze werknemer vond het geen probleem om weer aan de slag te gaan. Het gevolg? Ze ging vol goede moed weer aan het werk.
Opnieuw naar huis gestuurd: een grove fout
Wat bleek? De werknemer werd niet bepaald met open armen ontvangen. Sterker nog, ze was opnieuw naar huis gestuurd. De werkgever had kennelijk niet verwacht dat de werknemer haar werkzaamheden echt zou hervatten.
Bluffen kan je duur komen te staan
Door deze actie lagen de kaarten van de werkgever plotseling bloot. En het was duidelijk dat de werkgever aan het bluffen was. De werkgever wílde helemaal geen mediationtraject meer starten. Dit bracht de werknemer in een sterke onderhandelingspositie. Het resultaat? De werknemer kreeg alles waar ze om vroeg.
Wie A zegt, moet ook B zeggen
Het kan in onderhandelingen slim zijn om een – op het eerste gezicht – onaantrekkelijk alternatief aan te bieden als de wederpartij het voorstel niet aanvaart. Uit dit voorbeeld blijkt hoe belangrijk het is om dat alternatief dan ook echt uit te voeren, als het er op aankomt. Met andere woorden: wie A zegt, moet ook B zeggen. Wie blufpoker speelt, speelt een gevaarlijk spel.
Ga terug naar het overzicht