Volgens je werkgever zou jij je arbeidsovereenkomst hebben opgezegd. Je krijgt daarom geen loon meer. Maar wat je werkgever zegt klopt helemaal niet. Van opzegging door jou als werknemer is geen sprake. In deze blog leg ik uit wat je als werknemer kunt doen als je in zo’n situatie terechtkomt.
“Geef mij aub ontslag”
Eén van mijn cliënten vond haar werk fysiek heel zwaar en stond op het punt van omvallen. Omdat ze zich niet ziek wilde melden vroeg ze aan de werkgever: “Geef mij aub ontslag”. Vervolgens kreeg de werknemer van haar werkgever het volgende briefje:
“U hebt zelf per direct de arbeidsovereenkomst opgezegd. Wij zullen zorgen voor een correcte afwikkeling van het dienstverband. Wij hebben daarna geen arbeidsrechtelijke verplichtingen meer jegens u.”
De werknemer liet daarop direct weten dat dit niet klopte; zij hád haar arbeidsovereenkomst helemaal niet opgezegd. De werkgever hield echter voet bij stuk. Het gevolg? De werknemer kreeg geen loon meer, maar kon ook geen aanspraak maken op een (WW-)uitkering. Het UWV vraagt namelijk altijd naar de ontslagbrief van de werkgever. Als er alleen een brief ligt waaruit (ogenschijnlijk) blijkt dat sprake is van opzegging door de werknemer, krijgt de werknemer niets.
Opmerkelijk genoeg gebeurt dit met grote regelmaat. In korte tijd meldden zich vier werknemers bij mij die allemaal in zo’n soort situatie waren beland.
Gerechtelijke procedure
De meeste werknemers houden het niet vol om lang zonder loon te zitten. Als een brief van een jurist of advocaat niets helpt, moet dan ook zo snel mogelijk een gerechtelijke procedure worden gestart.
Om te zorgen dat het loon wordt na- en doorbetaald is een kort geding procedure bij de voorzieningenrechter nodig.
Daarnaast is het belangrijk om binnen twee maanden een verzoekschriftprocedure bij de kantonrechter te beginnen. Anders is je kans verkeken en wordt er definitief van uit gegaan dat jij je arbeidsovereenkomst zelf hebt opgezegd. Wacht dus niet te lang voordat je stappen onderneemt.
Duidelijke en ondubbelzinnige verklaring
De kantonrechter gaat kijken of de arbeidsovereenkomst inderdaad door de werknemer is opgezegd of niet.
Van een opzegging door de werknemer is (pas) sprake als de werknemer duidelijk en ondubbelzinnig heeft verklaard dat hij zijn arbeidsovereenkomst wil opzeggen. Omdat een opzegging door de werknemer grote (financiële) consequenties kan hebben, moet de werkgever controleren of de wil van de werknemer echt op een éénzijdige beëindiging gericht is. Zeker als de werknemer na een conflict met de werkgever in een opwelling iets zegt in de trant van: “Jullie zien mij nooit meer terug!” moet de werkgever controleren of de werknemer dit wel echt wil.
Komt de kantonrechter tot de conclusie dat de arbeidsovereenkomst niet door de werknemer is opgezegd, dan blijft de werknemer in dienst. Meestal wil de werknemer dat in zo’n situatie niet meer, omdat het vertrouwen volledig weg is. In zo’n geval besluiten partijen vaak de arbeidsovereenkomst alsnog met wederzijds goedvinden te beëindigen via een vaststellingsovereenkomst. Het voordeel voor de werknemer is dat eventuele WW-rechten in dat geval behouden blijven. En vaak lukt het in zo’n geval ook om een ontslagvergoeding uit te onderhandelen.
Leg je hier dus niet zomaar bij neer. Kom snel in actie.
Ga terug naar het overzicht